Skip to content

2 augustus

Image by Alexandros Michailidis via Shutterstock

Een ontzettend gaaf land

Toeval of niet, berichten over Nederland met een negatief tintje vind ik de laatste tijd alleen in buitenlandse bladen.

Natuurlijk waren er vooral de weinig vleiende profielschetsen die Mark Rutte ten deel vielen. Enkele daarvan zullen me bijblijven. ‘La mascella da Terminator, l’empatia di un rasoio Philips‘, zo zag Massimo Gramellini hem. The Economist hield het op een ‘over-caffeinated vicar‘. Het zag ook wel een gelijkenis met The Vicar of Bray, synoniem voor politieke gewiekstheid en opportunisme. Oftewel een draaikont.

Maar ik las ook kleine en losse dingen. Le Soir schreef over een groep van 30 Nederlandse toeristen die bij aankomst op Lesbos en Samos de vragen naar hun reisverleden niet invulden. Stoerkoppige, vrijheidslievende landgenoten zonder twijfel, maar ze werden op het vliegtuig terug naar huis gezet. The Guardian beschreef hoe de coronacrisis het bestaan van de Nederlandse historische zeilvoort bedreigt. Sinking Dutchman, stond er boven dat stuk.

Waarom las ik dat niet in Nederlandse bladen? Het zal aan mij liggen. Ik zal die stukken gemist hebben in de lawine van berichten die dagelijks op me af komt. Maar dat Nederland mooi weer speelt en zichzelf in een goed daglicht zet, staat voor mij vast. Het aantal coronadoden wordt stelselmatig onderschat. Als het aantal coronabesmettingen in Nederland zo fors stijgt dat het buitenland zich ongerust begint te maken, spreekt Nederland zelf nog van een bescheiden toename. Terwijl driekwart van Europa gemaskerd door het publieke leven gaat en daar geen problemen mee heeft, vraagt Nederland zich af of het niet beperkt moet gaan experimenteren met mondkapjes,

Dat het Nederlandse zelfbeeld te rooskleurig is, is niets nieuws. Dat zorgeloze verbaast me wel. Maar dan zie ik de gelijkenis: een land met net zo’n eeuwige glimlach als zijn eerste minister.